Back to top

De Schaepheerder, Riddersstraat 21

referentie JAN/0259-2
Part
Huisnaam De Schaepheerder
Zestienstraat Rudderstrate
Oud huisnummer A4/72
Adres Riddersstraat 21
Adrescode 800002770021
Geschiedenis 1/01/1580: Het hoekhuis de Schaepheerder is voor de helft eigendom van Jan de Lepelare en voor de andere helft van Philips de Lepelare
5/02/1596: lopende schuld - Guillame Vinchon en echtgenote verbinden het huis in een lopende schuld van 32-0-0 t.v.v. Philips de Lepelare en de weduwe en erfgenamen van Jan de Lepelare
5/02/1596: verkoop - Philips de Lepelare en de weduwe en erfgenamen van Jan de Lepelare verkopen het huis aan Guillame Vinchon met diverse voorwaarden en afspraken in verband met de toestand tussen dit huis en het oostelijke buurhuis (nader uitgelegd in de akte). Lasten: 6-0-0 par landcijns, 4-0-0 pen 18 uit dit huis en het oostelijke buurhuis, waarvan dit huis de landcijns en 2-0-0 van de losrente geldt
2/06/1650: rente - Marie van Rie, weduwe en bezitter van het sterfhuis van Melchior Vinchon, Jan de Gruytere en echtgenote Marie, dochter van Melchior Vinchon, bezetten op 1/3 van dit huis een rente van 3-0-0 pen 16 t.v.v. Baltasar van Blootackere
18/06/1652: verkoop - Lieven Carrette en echtgenote verkopen 1/6 van dit huis aan Jan, zoon van Michiel de Buif
11/07/1652: verkoop (naasting) - Jan, zoon van Michiel de Boeuf, en echtgenote verkopen 1/6 van dit huis ten titel van naasting aan Andries en Chaerles Carrette (en aan) Marie, dochter van Jan van Rije, weduwe van Melchior Vinchon, Jan de Grutere en Laureins de Bruyne (verkopen ze) ook elk 1/5
11/07/1652: rente - Charles, zoon van Andries Carrette en echtgenote, de weduwe van Melchior Vinchon, Jan de Grutere en echtgenote Marie, dochter van Melchior Vinchon, Laureins de Bruyne en echtgenote Marie, dochter van Lieven Carrette, bezetten op dit huis (met uitzondering van 1/12 in 1/3 en het 1/5 in 1/6, die in eigendom zijn van acceptant) een rente van 4-0-0 pen 16 t.v.v. Andries Carrette
19/11/1654: verkoop - Chaerles Carrette en echtgenote (1/12 en 1/2 van 1/3 van 1/6), Eduwaert Carrette en echtgenote, Adriaen Meynaert en echtgenote Magdaleene Carrette (1/12) verkopen hun eigendom in dit huis aan Andries Carrette
25/10/1662: verkoop - De weduwe van Melchior Vintsoen (1/3), Laureyns de Bruyne en echtgenote Maeijken Carrette (1/6 en 1/5 van 1/6) verkopen hun delen aan Andries Carrette
13/04/1663: verkoop - Andries Carrette en echtgenote verkopen het huis aan Amatus de Cots. Hierbij wordt nog eens beklemtoond dat het huis belast is met een rente van 4-0-0 pen 16 t.v.v. comparant Andries Carrette
13/04/1663: lopende schuld - Amatus de Cots en echtgenote verbinden het huis in de som van 87-3-8 t.v.v. Andries Carrette. De rente van 4-0-0 pen 16 aan Andries Carrette wordt in mindering van de koopsom gebracht. De rente zelf gaat heden in
7/12/1667: rente - Amatus de Coots en echtgenote bezetten op dit huis een rente van 11-2-3,5 pen 18 t.v.v. Francoise, Cathelijne, Marie en Petronelle, de vier minderjarige kinderen van wijlen Roeland Vermeulen, ter acceptatie van Marie Ghijnebaere, moeie (tante?) van de wezen
11/10/1668: arrest - Er werd arrest gedaan op dit huis. Zie OLV/0137-1
18/07/1672: rente - Amatus de Coots en echtgenote bezetten op dit huis en OLV/0337 een rente van 19-0-0 pen 20 t.v.v. het Annuntiatenklooster ter acceptatie van moeder overste
10/11/1673: rente - Het huis werd belast met een rente van 15-0-0 pen 20. Zie JAK/1594
19/02/1677: herbezetting van rente - Amatus de Coots en echtgenote bezetten een rente van 10-0-0 pen 20 t.v.v. Jaecques vander Poorte. Dit gebeurt tot breder bezetting van de rente die op 15-02-1677 werd bezet op DON/0166 t.v.v. dezelfde Jaecques vander Poorte
13/10/1677: ontlasting van rente - Het huis is ontlast van de rente van 19-0-0 pen 20. Zie JAN/0337
10/10/1680: verkoop bij decreet - Na gerechtelijke inbeslagneming is het huis verkocht bij decreet op verzoek van meester Jan Baptiste de Meulenaere en Baltasar van Schellenberghe voor de verlopen van een rente van 15-0-0 pen 20, achterstallig sedert 10-11-1675, met aftrek van 11-14-0 die tot vermindering van die rente was betaald aan meester Pieter vander Poorte, daarin gerechtigd door transport van Francoise de Meulenaere. Kosten worden in rekening gebracht
13/05/1681: verbreking van decreet - De akte van kaarsbranding (verkoop bij decreet) van 10-10-1680 wordt overgebracht met een geschrift eronder waarin wordt gesteld dat Amatus de Coots dit introk omdat hij de achterstallige intresten had betaald en de decreetkosten. Wel moet hij nog verder de intresten afbetalen waarvoor het decreet gebeurde. Indien dat nodig zou blijken, zullen de decretanten het huis opnieuw mogen decreteren. Zie JAN/0337
23/05/1682: verkoop bij decreet - Op verzoek van dezelfde decretanten (meester Jan Baptiste de Meulenaere en Baltasar van Schellenberghe) werd het huis hen verkocht bij decreet voor de verlopen van een rente van 15-0-0 pen 20 achterstallig sedert 10-11-1678 en voor de wettelijke kosten. Kapitaal en rente blijven op het huis bezet
22/10/1682: verkoop - Amatus de Coots en echtgenote verkopen het huis aan Niclaeijs den Dammere
10/03/1683: borgstelling - Niclaeijs de Dammer is voogd van Angela en Margriete, de twee minderjarige kinderen van Vincent den Dammer en Joanna Middaert. Om hen te verzekeren van de som van 22-0-0 die hij de wezen nog schuldig is over de administratie van hun goederen en van die die ze nog zouden kunnen ontvangen, verbinden hij en zijn echtgenote dit huis in die schuld ter acceptatie van Pieter de Muijnck, medevoogd. Dit verband dient echter ter ontlasting van het verband dat hij eerder deed op het huis in de Jacobijnessenstraat (Predikherenstraat) fo. 374 (DON/0374)
9/04/1694: arrest - David Whijt liet arrest doen op hetgeen Jaecques de Keijsere de jonge via zijn vrouw zal erven van de echtgenote van N. Dammelaere wegens een schuld van 111 gulden 17 stuivers en half wisselgeld (wisselbrief met intresten sedert 02-09-1693) met aftrek van betaling op 19-10-1693 en met 1-8-0 aktekosten van 20-10-1693 en eventuele nog bijkomende kosten
9/04/1694: arrest - Joos Titgat liet arrest doen op dit huis voor zover het toekomt aan Jaecques de Keijsere de jonge, die na de dood van zijn schoonmoeder erfde via zijn vrouw. Het arrest wordt gedaan in handen van zijn schoonvader Dammelaere en gebeurt voor een schuld van 10-0-0 en intresten (akte van 29-10-1693), 2-4-8 voor aktekosten de dato 31-10-1693
9/04/1694: arrest - Gheeraerd de Witte liet arrest doen in handen van Niclaeijs Dammelaere op hetgeen Jacobus de Keijsere via zijn vrouw zou erven in dit huis, met name het deel geërfd van zijn schoonmoeder. Het arrest gebeurt om de schuld van 75-9-5 over levering van wollen draperiegoederen aan de Keijsere (obligatie van 09-04-1694)
29/03/1726: verkoop - Anna Meeuwe, weduwe en bezitter van het sterfhuis van Cornelis Blondeel, en familie verkoopt het huis aan Guillame Maximiliaen Jack
29/03/1726: rente - Guillame Maximiliaen Jack en echtgenote bezetten een rente van 12-10-0, aflosbaar met 300-0-0, t.v.v. Marie Anne Trappequiers, weduwe van meester Antone Ignace van Steelant
27/05/1758: verkoop - Guillame Jack en echtgenote verkopen het huis aan Frans Daelval