referentie | NIK/0010 |
Part | |
Huisnaam | Sint-Jooris |
Zestienstraat | Marct |
Oud huisnummer | E1/92 |
Adres | Markt 29 |
Adrescode | 800002240029 |
Geschiedenis | 1/01/1580: Het huis "Sint-Jooris" is eigendom van Valentin Claeysman |
| 6/11/1600: overeenkomst met buurhuis - Er werd een overeenkomst gemaakt met NIK/0009. Zie daar |
| 5/12/1600: verkoop - Gheeraert Claeysman en echtgenote, erfgenamen van Valentijn Claeijsman de oude, verkopen het huis aan Quynten Crijool met diverse afspraken over meentuchten, dienstbaarheden en vrijheden tussen dit huis en NIK/0009. Lasten: 0-1-7 par, 0-14-6 par, 0-7-6 par, 0-10-2 par, 0-4-9 par, 0-9-4 par, 0-22-6 par, 0-6-7 par, 0-0-4 par, 0-11-10 par aan diverse kerken, dissen en kapellen; 2-0-0 pen 18 aan het commuun van Sint-Jakobs, 2-0-0 pen 18 aan het klooster van de Jacobinessen |
| 5/12/1600: rente - Quijnten Crijool en echtgenote bezetten een rente van 6-5-0 pen 16 t.v.v. Gheeraert Claeijsman |
| 5/12/1600: lopende schuld - Quynten Cryool en echtgenote verbinden het huis in een lopende schuld van 400-0-0 aan Gheeraert Claeysman |
| 5/12/1600: grondrente - Quijnten Crijool en echtgenote bezetten op dit huis een grondrente van 0-11-7-22 t.v.v. Gheeraert Claeijsman. Dit gebeurt omdat men bevonden had dat enkele grondrenten van 0-19-0 waarmee de comparanten het huis verkochten, afgelost waren |
| 10/02/1605: borgstelling - Zegher Bisschop, gemachtigd door Quijnten Crijool en echtgenote, stelt dit huis tot schadeloosstelling van de borgtocht die meester Pieter vande Woestijne stelde jegens Pieter de Valence over de mandanten. Dit gebeurde voor de som van 127-0-0 en intresten, te betalen binnen een half jaar |
| 13/10/1605: rente - Quijnten Crijool en echtgenote bezetten op dit huis een rente van 18-0-0 pen 16 t.v.v. de kinderen van Loijs vande Velde |
| 22/11/1607: verkoop - Quijnten Crijool en echtgenote verkopen dit huis aan Frans Wulffaert met afspraken en grondrenten zoals vermeld; voorts met 2-0-0 pen 18, met 2-0-0 pen 18, 18-0-0 pen 16 |
| 13/03/1608: rente - Frans Wulfaert en echtgenote bezetten op dit huis een rente van 4-0-0 pen 16 t.v.v. Cateryne Flaneel |
| 28/03/1608: rente - Frans Wulfaert en echtgenote bezetten op dit huis een rente van 5-0-0 pen 20 t.v.v. Sijmon vanden Eede |
| 29/05/1608: aanpassing rente - Frans Wulfaert en echtgenote stellen dat de rente van 2-0-0 pen 18 die men geldt aan de Jacobijnessen door hen was gebracht op pen 20. De rente is alleen aflosbaar aan pen 20. Ze verbinden het huis hierin |
| 1/09/1626: verkoop - Frans Wulfaert, weduwnaar, verkoopt de helft van dit huis aan zijn zoon Maximiliaen Otto Wulfaert. Het huis is in zijn geheel belast met 5-6-8 par. grondrenten in diverse partijen, 2-0-0 pen 18, 2-0-0 pen 18, 4-0-0 pen 20, 5-0-0 pen 20 |
| 14/01/1627: verkoop - Guillame en Frans Wulfaert en resp. echtgenoten verkopen 1/6 van dit huis aan hun zus Maeyken Wulfaert, weduwe van Jan Coorde |
| 20/04/1627: verkoop - Lieven Janssens en zijn echtgenote Anna, dochter van Frans Wulfaert, verkopen 1/12 van dit huis aan Maximiliaen Otto, zoon van Frans Wulfaert, met bijhorende lasten |
| 23/06/1627: rente - Maximiliaen Otto Wulfaert en echtgenote bezetten op dit huis een rente van 6-0-0 pen 18 t.v.v. Frans Wulfaert |
| 23/06/1627: verkoop - De voogden van de kinderen van Jan Coorde en Marie Wulfaert (met toestemming van het college), Matthys Knudde, gehuwd met de vermelde Marie Wulfaert, Marie Wulfaert zelf en Jan Wulfaert (ter denominatie van Marie) verkopen 4/12 van dit huis aan Maximiliaen Otto Wulfaert met bijhorende lasten |
| 15/03/1635: verkoop - Valentyn Speeck, gemachtigd door Anthone Sproncholf, zoon van Jacob, en echtgenote, verkoopt 2/7 van de helft van 1/4 van dit huis aan Jan Walis |
| 6/06/1635: verkoop - Pieter Heyndricx en echtgenote, en de meerderjarige juffrouw Marie Sproncholf verkopen hun erfdelen in dit huis aan Jan Walis |
| 6/09/1635: verkoop - Anthone Sproncholf en echtgenote, Pieter Wybo en echtgenote, Pieter Heyndricx, gemachtigd door Nicolaes Sproncholf en echtgenote, erfgenamen van het laatste kind van Maximiliaen Otto Wulfaert bij Anna Sproncholf, verkopen hun erfdelen aan Jan Wales |
| 28/02/1667: rente - Jan Wales bezet op de helft van dit huis een rente van 16-13-4 pen 18 t.v.v. Anna Schaerssens, weduwe van Jan de Vlieghe |
| 23/07/1667: verhuur - Jan Wales en Laureins vande Velde, voor henzelf als voogden van Guillame en Jaecquelijne Wales, verhuren dit huis voor drie of zes achtereeenvolgende jaren aan Andries de Net voor de prijs van 36-0-0 per jaar, om de 4 maanden te betalen. Voorwaarden zijn vermeld in de pachtbrief |
| 21/02/1668: arrest - Lieven de Wilde liet arrest doen op de helft van dit huis en van NIK/0016 in eigendom van Jan Walis omwille van de rekeningen van ontvangst van pachten van de helft van een hofstede in de parochie Oostkerke (30 gemeten land) en dit sedert Baefmisse 1659 en volgende (akte 10-01-1668) en kosten |
| 29/03/1673: lopende schuld - Andries de Net en echtgenote verbinden het huis in een schuld van 700-0-0 t.v.v. Laureins vande Velde en Joanna Wales |
| 29/03/1673: rente - Andries de Net en echtgenote bezetten op het huis een rente van 27-5-5-10,5 pen 22 t.v.v. Laureins vande Velde en Joanna Wales |
| 29/03/1673: verkoop - Laureins vande Velde en echtgenote Joanna Wales verkopen het huis aan Andries de Net |
| 23/09/1682: rente - Andries de Net en echtgenote bezetten op dit huis een rente van 29-0-0 pen 24 t.v.v. Lenaerd, minderjarige zoon van wijlen Roeland Breijdel, ter acceptatie van zijn administratieve voogd Baltasar Vermeulen |
| 22/09/1692: verkoop; schuld - Jan de Roovere, gewone voogd, en Adriaen Beernaerd Rielant, alleen voogd voor deze akte in de plaats van acceptant, over de zeven minderjarige kinderen van Andries, zoon van Jan de Net en Marie Rielant, verkoopt 7/8 van dit huis (met toestemming van het college) aan Andries, zoon van Andries de Net die het overige 1/8 bezit. Dit gebeurt voor de som van 918-15-0 vlaams permissie wisselgeld oude koers. Voorwaarde is dat de koper deze zuivere koopprijs mag behouden tot elke wees volwassen wordt of het geld zou nodig hebben of de oppervoogden dit zouden verordenen. Intussen moet koper wel intresten aan pen 20 betalen. Als hij het wil mag hij kapitaal en intresten aflossen. Acceptant en echtgenote verbinden het huis in die schuld |
| 23/01/1694: verkoop - Andries de Net de jonge en echtgenote verkopen het huis aan Gheeraerd Laereins, daartoe aangesteld door Marie Daems, weduwe van Matheus de Velaere. Zij is mede-comparante. De koop gebeurt voor 1191-13-0 Vlaams permissie wisselgeld. De betaling mag in schijven gebeuren binnen de termijn van anderhalf jaar, met een intrest van pen 24. Koper moet verkoper ontlasten van het persoonlijk verband. Het huis wordt in de schuld verbonden |
| 23/01/1694: lopende schuld - Gheeraerd Laureijns en echtgenote stellen nog 298-3-0-12 Vlaams permissie wisselgeld schuldig te zijn aan Andries de Net de jonge boven 100-0-0 Vlaams oude koers, als rest van de koopprijs van dit huis. Verdere afbetalingen zullen gebeuren aan pen 24. Zij verbinden zichzelf, hun goederen en vooral dit huis in deze schuld |
| 30/10/1694: rente - Gheeraerd Laereins en echtgenote bezetten op dit huis een rente van 6-5-0 pen 16 t.v.v. Michiel vander Plancke |
| 23/11/1694: verkoop - Gheeraerd Laereins en echtgenote verkopen het huis aan Maertin Mussche |
| 8/08/1696: verkoop - Maerten Mussche en echtgenote, Marie Ogillion, echtgenote van Pieter de Smit, gemachtigd daartoe, voorts Jan Minne en Jan de Wijnt, voogden van Barbara Ogillion, dochter van Jacques bij Elisabeth Minne, verkopen het huis aan Philips Deuer |
| 20/05/1710: verkoop - Philippe Deuer en echtgenote verkopen het huis aan Pieter Wellecomme |
| 14/06/1720: borgstelling voor wezenpenningen - Pieter Wellecomme, weduwnaar en bezitter van het sterfhuis van Josyne Mestdach, verbindt de helft van dit huis en de helft van een rente van 250-0-0 kapitaal wisselgeld, eertijds door Pieter Mesdagh bezet op de helft van een korenwindmolen "het Grootwaterhuys" bekend als JAK/1804, om zijn weeskinderen Jan, Pieter en Marie van wijlen Josyne Mestdach te verzekeren voor hun wezenpenningen |
| 17/05/1727: lijfrente - Pieter Wellecome en echtgenote Marie Danckaert bezetten op dit huis een lijfrente van 6-0-0 (kapitaal van 60-0-0 wisselgeld) t.v.v. pater Ignatius Wellecomme in het klooster van de Augustijnenpaters (staande assignatie) |
| 8/02/1731: verband clericaal - Pieter Wellecomme en echtgenote verbinden 5/9 van dit huis in de titel klerikaal van Pieter Wellecomme, zoon van eerste comparant, voor een bedrag van 20-0-0 per jaar (boven een "cappellanie" in de Sint-Niklaaskerk van Diksmuide, genaamd Altemisse, waarvan de zoon reeds voorzien was) |
| 9/11/1733: inbeslagneming - Mattheo Prosser diende bij de Raad van Vlaanderen klacht in tegen Pieter Willecomme die hem 204-0-0 wisselgeld schuldig was over een vervallen wisselbrief van 26-06-1733. Simon La Gace, gemachtigd door deurwaarder Joannes Huijs, laat 2/3 van dit huis "Sint-Jooris" in eigendom van Pieter Wellecomme, in beslag nemen |
| 2/02/1734: inbeslagneming - Simoen La Gace, gemachtigd door Joannes Huijs als deurwaarder van de Raad van Vlaanderen, laat op verzoek van de heren Mattheo Prosser en Porter, eigendommen van Pieter Wellecomme in beslag nemen: de delen die hem in dit huis en erf toekomen, zijn delen van een korenwindmolen met toebehoren (JAK/1804), en een huis op de Eiermarkt onder de Sint-Christoffelskerk. Dit gebeurt omwille van een schuld van 150-0-0 over een vervallen wisselbrief van 17-04-1733 en om een andere schuld van 503-17-5 (drie wisselbrieven (12-03-1733 en 15-04-1733) die ook vervallen zijn |
| 17/02/1734: inbeslagneming - Mattheo Prosser en Poorter lieten na machtiging door het Hof (Raad van Vlaanderen) beslag leggen op de goederen en effecten die eigendom geweest zijn van Pieter Wellecomme. Dit gebeurt wegens een schuld van 653-17-5 wisselgeld, vermeld in die machtiging. Pieter Wellecomme is ondertussen overleden. Daarom laten beide heren opnieuw beslag leggen op de nagelaten goederen van zijn weduwe en die van het sterfhuis. De nieuwe inbeslagneming gebeurt ook om een som van 500-0-0 wisselgeld veilig te stellen die Wellecomme en nu zijn weduwe hen schuldig zijn voor levering van koopmansgoederen. Simoen Lagace, gemachtigd door deurwaarder Joannes Huijs van de Raad van Vlaanderen, laat dit huis met erf en achterhuizen en een korenwindmolen met toebehoren "Het Groot Waeterhuijs" (JAK/1804), in eigendom van de weduwe en erfgenamen van Pieter Wellecomme, in beslag nemen |
| 18/02/1734: inbeslagneming - Meester Pieter Wellecomme en Carel Christiaens, gehuwd met Marie Wellecommen, melden de Raad van Vlaanderen dat de rekening purgative van het sterfhuis van Josyne Mestdagh door wijlen hun vader en schoonvader Pieter Wellecomme een batelijk slot had van 1244-15-4, waarvan hen 2/3 toekwam. Om dit te verzekeren laten zij alle onroerende en roerende goederen van hun overleden vader en schoonvader in beslag nemen, zonder rekening te houden met de batelijke inschulden die nog gemeenschappelijk bleven. De Raad van Vlaanderen laat betreffende delen in dit huis en de korenwindmolen JAK/1804 in beslag nemen |
| 21/05/1734: inbeslagneming - Pieter Hubrecht meldt de Raad van Vlaanderen dat hij twee jaren tevoren in het Augustijnenklooster te Brugge aan pater Joannes Wellecomme 28-3-4 wisselgeld leende zodat deze kon aanvaard worden als lekenbroeder in het klooster. Joannes Wellecomme had dit geld voor eigen plezier uitgegeven en beschimpte Hubrecht toen hij het geld terugvroeg. Daarom laat Hubrecht nu beslag leggen op de lijfrente van 6-0-0 wisselgeld die pater Joannes Wellecomme ontvangt. De Raad van Vlaanderen laat kapitaal en intresten van deze lijfrente in beslag nemen. Ze waren bezet op dit huis op 17-05-1727 |
| 13/04/1735: inbeslagneming - In de zaak voor de Raad van Vlaanderen tussen eiser Mattheo Prosser en verweerder de weduwe van Pieter Wellecomme, werd beslist dat aan eiser 204-0-0 wisselgeld moest betaald worden voor de vervallen wisselbrief en een intrest aan pen 16 tot de werkelijke uitbetaling. De Raad van Vlaanderen laat 2/3 van dit huis in eigendom van de weduwe en erfgenamen van Pieter Wellecomme in beslag nemen om de uitvoering van de uitspraak mogelijk te maken |
| 1/09/1736: verkoop - Niclaijs Porter (voor zichzelf en voor Jan van Grimberghe), Jacobus Carrot, Dominicus Maertens (voor zichzelf en voor Jan Block en Jan Craner), Joanna van Lierde en Frans Bouttens (voor Jacob Beijts), allen crediteurs in het sterfhuis van Pieter Wellecomme, zijn gerechtigd in 2/3 van het sterfhuis, dat afgewezen werd door zijn weduwe Joanne Berquin. Samen met Pieter Wellecomme en Carel Christiaens en echtgenote die gerechtigd zijn in het resterende 1/3, verkopen zij het huis aan Joseph de Proost |
| 11/01/1737: rente - Josephus Joannes Proost bezet op dit huis een rente van 8-0-0 pen 25 t.v.v. Pieternelle Therese en Catharine Therese van Neste, de twee minderjarige kinderen van wijlen Andries van Neste, ter acceptatie van hun voogd Pieter van Neste. De rente loopt al van 03-09-1736 |
| 31/12/1766: wederzijdse schenking - Joseph de Proost, Pieternelle en Francisca de Proost schenken elkaar en voor de langstlevende al hun huidige en toekomstige goederen. Joseph de Proost bezit dit huis en heester en huizen JAN/0586, JAN/0587 en JAN/0588 |
| 28/03/1792: rente - Gabriel Joseph Englebert en echtgenote bezetten op dit huis een rente van 27-10-0 wisselgeld pen 20 t.v.v. Adriaen Gailliaert te Sint-Kruis |
| 28/03/1792: verkoop - Paschal Joseph vande Casteele, gemachtigd door de ongehuwd meerderjarige Marie de Proost te Duinkerke, door Joannes de Proost en door Joseph de Proost te Kortrijk, en door de drie ongehuwd meerderjarige vrouwen Josepha, Catharina en Isabella de Proost, verkoopt het huis aan Gabriel Joseph Englebert |
| 23/08/1792: overeenkomst met buurhuis - Er kwam een overeenkomst tussen deken en eed van de tegeldekkers te Brugge, eigenaars van NIK/0011, en Gabriel Joseph Englebert, eigenaar van dit huis, in verband met het metselen en verhogen van de gemene scheidingsmuur tussen beide huizen zonder dat deken en eed van het ambacht daarvan tevoren op de hoogte waren. Er is een overeenkomst over het onderhoud en het dichten van zekere uitsteeksels die op het erf van het ambachtshuis komen. Zie NIK/0011 |