Geerwijnstraat 9
| referentie | JAK/1665 |
| Part | |
| Zestienstraat | Sheergheerwijnstrate |
| Oud huisnummer | D2/14 |
| Adres | Geerwijnstraat 9 |
| Adrescode | 800000900009 |
| Geschiedenis | 1/01/1580: 6/10 van dit huis zijn eigendom van de weduwe van Jan Janssins. Jan Comelet, Pierken, Copken en Hansken, kinderen van Jan Janssens, bezitten elk 1/10 |
| 14/02/1581: transport - Jan Comelet transporteerde 1/10 van dit huis aan de weduwe van Jan Janssens, zonder vermelding van lasten | |
| 15/12/1583: verkoop - Pieter Janssins, gerechtigd na overlijden van Jan Janssins en zijn weduwe en van zijn broer Hansken, verkoopt 1/3 en 1/10 van 1/3 van dit huis aan Inghel Wouters. Lasten: 0-53-5 parisis landcijns en met 0-20-0 pen 18 rentelast in het geheel | |
| 3/03/1585: verkoop en borgstelling - Inghel Janssins en zijn mede-erfgenamen in het sterfhuis van Jan Janssins en echtgenote, verkopen het huis aan de voogden van Jan van Heede. Als verzekering dat hun mede-erfgenaam Jaspar Janssins, die in het buitenland verblijft, en zijn echtgenote de verkoop zullen goedkeuren, verbinden ze dit huis | |
| 4/11/1592: borgstelling voor rente - Inghelbert Wouters verbindt de helft van dit huis als borg voor kapitaal en intresten van een rente van 2-0-0 pen 16 bezet op het huis tCabaes in de Sint-Amandstraat en op een huis in de Oostmeers | |
| 15/10/1602: verkoop - Jaecques Janssins en echtgenote verkopen 1/3 en 1/10 van 1/3 van dit huis aan Inghel Wouters | |
| 10/12/1607: rente - Inghel Wouters en echtgenote bezetten op dit huis en op de helft van JAN/0052 een rente van 3-0-0 pen 16 t.v.v. Melcior Dominicle, zoon van Jans | |
| 6/02/1620: rente - Inghel Wouters en echtgenote bezetten op dit huis een rente van 2-0-0 pen 16 t.v.v. Anna de Maeckere | |
| 28/07/1620: rente - Inghel Wouters en echtgenote bezetten op dit huis een rente van 3-0-0 pen 16. Opm.: uit de rentelossing genoteerd in de marge blijkt dat de rente bezet was t.v.v. zijn minderjarige kinderen | |
| 4/10/1621: verkoop - Inghel Wouters, alleen gerechtigd na weigering van het sterfhuis door de erfgenamen van zijn overleden echtgenote, verkoopt het huis aan meester Jaques vanden Dorpe | |
| 17/04/1690: rente - Anna Marie van Waeijenberghe, echtgenote van Mathias Piereloot, voor haarzelf en als gemachtigde door haar man (ondertekend op 05-04-1690), bezet op de helft van het huis een rente van 8-2-6 pen 16 t.v.v. Pieter Lovenij. Ze belooft de machtiging door haar man te laten goedkeuren | |
| 17/04/1692: arrest - Op de helft van dit huis, eigendom van Matheus Pierloot, werd arrest gedaan door Pieter Lovenij. Zie JAK/0114 | |
| 13/04/1693: arrest - Er werd arrest gedaan op dit huis door meester Jan Baptiste van Essen ten laste van Mathias Pierloot en Simphoriaen Mestdach. Zie JAK/0114 | |
| 4/06/1695: arrest - M. Pierloot, voor zichzelf en als voogd voor zijn minderjarige zussen, liet arrest doen op de helft van dit huis van Simphorianus Mestdagh wegens een schuld van 257-7-4 en achterstallige intresten voor verscheidene renten en huishuren die arrestant en zijn zussen toekomen voor het kapitaal dat hen geschonken werd door wijlen Marie vanden Dorpe | |
| 2/04/1696: arrest - Jacques Ivaigne liet arrest doen op het huis met toebehoren dat tegenwoordig gebruikt wordt door Jacob Janssens, en dat in eigendom is van Simphorianus Mestdagh en Matthias Pierloot. Het arrest gebeurt voor een schuld van 6-19-0 die Mestdaegh en Pierloot de arrestant schuldig zijn voor aktekosten t.v.v. arrestant en ten laste van de weduwe van Jacques Bouffier (08-02-1696) en andere schulden | |
| 25/01/1698: verkoop - Matthias Pierloot en echtgenote Marie Wayenbergh verkopen de helft van het huis aan Simpronianus Mestdagh ter acceptatie van zijn ontvanger Jacob Janssens | |
| 20/09/1698: verband - Simproniaen Mestdagh, weduwnaar van Marie Wayenburgh, leende 100-0-0 van Regnier de Grave, klerk van de bekommerden. Dit is het kapitaal van een rente van 6-10-0 ten laste van Jan Blomme en bezet op een hofstede in Oudenburg, dat Grave had ontvangen. Mestdaghs kinderen Marie Barbel, Angela, Rosalia, Therese Judoca en Regina Josepha hadden die rente gekregen van Marie vanden Dorpe. Met het geld koopt hij een rente van 3-2-6 pen 16 bezet op dit huis. De rest van het geld wordt verzekerd op 3/4 van dit huis. De rente van 3-2-6 pen 16 had hij ontvangen via transport van Pieter Louveny en echtgenote voor het bedrag van 50-0-0. De overige 50-0-0 zijn in de vorm van staande borg op 3/4 van dit huis bezet, ter acceptatie van Pieter Verplancke als publiek persoon | |
| 26/07/1752: verkoop - Norbert Ignace vanden Abeele, gemachtigd door zijn echtgenote Constantia Merlein, en door Philips vanden Plassche en echtgenote, verkoopt het huis aan Joannes Seijnave | |
| 8/10/1771: verkoop - Frans de Witte, gemachtigd door Pieter du Bois en Pieter van Huele en respectieve echtgenoten, verkoopt het huis aan Catharine Cooremans, weduwe van Erasmus Faulte | |
| 17/05/1777: verband clericaal - Catharine Cooremans, weduwe van Erasmus Faulte, verbindt dit huis en de helft van JAN/0414 in de schuld van 40-0-0 voor de titel klerikaal van haar kleinneef Erasmus Joannes vande Steene, theologant te Leuven, ter schadeloosstelling van het bisdom Brugge | |
| 25/02/1786: arrest - J. Vandersteene en consorten lieten arrest doen op 1/3 van dit huis en 1/3 van de helft van JAN/0414. Ze doen het als erfgenamen van 2/3 van het sterfhuis van Catharine Cooremans, weduwe van Erasmus Faute. De delen die ze arresteren erfde Petrus Cooremans die nu te Brussel woont, van zijn zus Catherine Cooremans. Het arrest gebeurt om een borg te bekomen voor 2/3 in twee verschillende obligaties, een van 100-0-0 en een van 200-0-0 pen 20 die Cooremans aan het sterfhuis van zijn zus geldt, en intresten sedert 01-10-1763, resp. 20-08-1763 | |
| 22/05/1787: verkoop (uitgroting) - Notaris Rochus Aerts, testamentair uitvoerder van het sterfhuis van wijlen Catharine Cooremans, weduwe van Erasmus Faute, en gemachtigd over de erfgenamen in dit sterfhuis, verkoopt het huis en de helft van JAN/0414 (de andere helft is in bezit van Frans Vereecke) aan Joannes vande Steene, ten titel van uitgroting | |
| 6/09/1790: rente - Dominicus vande Steene, gemachtigd door Barbara van Elewijt, weduwe van Joannis vande Steene, bezet op dit huis een rente van 7-10-0 pen 20 t.v.v. Joanna de Vaux, laatst weduwe van Jacques Delbaere | |
| 24/12/1790: inbeslagneming - Dominicus Vandesteene en Marie Anna vande Steene, meester A. Reniers, priester en voogd van de nog minderjarige Marie vande Steene, allen kinderen van wijlen Jan Baptiste vande Steene, vroeger posthouder te Brugge, en van Barbara van Elewijt, dienen een verzoek in bij de Raad van Vlaanderen. Hun moeder bleef hen 3576 guldens 18 stuivers schuldig na afsluiten van de staat van goed van haar man, met name 1092 guldens 6 stuivers aan Dominicus, en telkens 1242 guldens en 6 stuivers aan Maria Anna en Marie. Ze bekomen dit geld niet op een vriendelijke manier. Daarom laten ze de Raad van Vlaanderen tussenkomen om betaling van het kapitaal en intresten aan pen 20 te vragen vanwege Barbara van Elewijt, weduwe vande Steene. Haar huizen in Brugge (dit huis en JAN/0414) worden daartoe in beslag genomen | |
| 10/09/1799: verkoop - (24 fructidor jaar VII) Philippe Maelfeijt, gemachtigd om de roerende en onroerende goederen te verkopen in het verlaten sterfhuis van Barbara Elewijt, weduwe van Joannes vande Steene, verkoopt het huis aan Charles Schmidt, rentenier. Het verband voor de titel klerikaal van Erasmus Vandesteene is vervallen vermits deze op 7 fructidor IV (24-08-1796) te Parijs overleden is. Notaris Frans A. Beyts |