Back to top

Balsemboomstraat 13

referentie DON/0887
Part
Zestienstraat Belsepitstrate
Oud huisnummer B11/47
Adres Balsemboomstraat 13
Adrescode 800000110013
Geschiedenis 23/11/1579: lopende schuld - Osten Matruijt heeft dit huis, DON/0888, DON/0889, DON/0890, DON/0891, DON/0892, DON/0893 en DON/0894 samen verbonden in een lopende schuld van 206-9-11-4 pen 16 t.v.v. Maerten, Jacques, Anthone, Bertram, Guillame en Cathelyne, de minderjarige kinderen van Osten Matruijt de jonge, uit te betalen op verzoek van hun voogden. In dezelfde schuld zijn nog andere huizen verbonden : Cleen Vlaenderen (oostkant Korte Vlamingstraat), elf huisjes (naast elkaar in het straatje tussen de Zwarte Leertouwersstraat en de Abelghysserpoorte (Minderbroederstraat) achter de vroegere brouwerij den Inghele), drie huizen waaronder een hoekhuis in de Zwarte Leertouwersstraat ; voorts nog een lijfrente van 6-0-0 pen 6 (t.v.v. Anthone en Cathelyne, kinderen van Osten Matruyt de jonge, bezet op de Vier Leden van het Land van Vlaanderen), een lijfrente van 6-0-0 pen 6 (t.v.v. Charles, zoon van Osten Matruijt en Maeyken, dochter van Jooris Matruyt). De hier belaste huizen waren voorts nog belast met 0-6-6 landcijns
1/01/1580: Het huis is in eigendom van Osten Matruijt
7/03/1584: verkoop - Domijn Verhil, gemachtigd door de erfgenamen van Osten Matruyt de oude, verkoopt dit huis, DON/0888 en DON/0889 aan Gillis de Roo. Er is een gemeenschappelijk toilet. Lasten : 0-6-6 landcijns en 0-20-0 pen 18 (uit deze huizen en DON/0894). Deze huizen gelden alleen de landcijns
7/03/1584: lopende schuld - Gillis de Roo verbindt dit huis, DON/0888 en DON/0889 in een lopende schuld van 27-0-0 t.v.v. Guillame Bibau
4/01/1586: verdeling - Bij de verdeling tussen de erfgenamen van Gillis de Roo en van zijn overleden echtgenote is overeengekomen dat de erfgenamen van Gillis de Roo alleen gerechtigd blijven in dit huis, DON/0888 en DON/0889
20/01/1586: verdeling - Tussen de erfgenamen van Gillis de Roo werd overeengekomen dat de kinderen van Marcq Daguijt alleen gerechtigd blijven in de eigendom van dit huis, DON/0888 en DON/0889
20/04/1602: verkoop - Hubrecht Persijn, ook gemachtigd over zijn kinderen bij Marie, dochter van Marcq Daguijt, en haar broers en zussen, verkoopt dit huis, DON/0888 en DON/0889 aan Philips de Lepelare en Noe Michiels
16/08/1602: rente - Jan Caerle en echtgenote zetten op dit huis een rente van 0-35-0 pen 16 t.v.v. Noe Michiels
16/08/1602: verkoop - Noe Michiels en Philips de Lepelare verkopen dit huis, DON/0888 en DON/0889 aan Jan Caerle
26/05/1603: lopende schuld - Jan Caerle verbindt dit huis, DON/0888, DON/0889 en DON/0890 en DON/0737 in een lopende schuld van 13-2-6 t.v.v. Pieter Fiole
16/07/1613: verkoop - Jan Caerle en echtgenote verkopen dit huis, DON/0888, DON/0889 en DON/0890 aan Fernande Vande Steene
21/09/1618: verkoop - Elisabet, dochter van Jan Verpoorte, weduwe en bezitter van het sterfhuis (gerechtigd in 1/2 van dit huis, DON/0888, DON/0889 en DON/0890) en Jaecques, zoon van Godefroot vande Steene (gerechtigd in 1/4) en de weduwe door uitkoop van Beernaert van Steene (gerechtigd in het laatste 1/4) verkopen deze huizen aan Nicolas van Volden
26/04/1623: verkoop - Het huis is verkocht aan Marcus Cassetta. Zie DON/0894
18/11/1680: arrest - Op 1/3 van dit huis liet Jan Marc Casetta arrest doen ten laste van jo. ... Vilters (niet aangevuld). Zie DON/0896
9/05/1682: rente - Meester heindrick de Mortelle, gemachtigd door Theophilus Augustin Cachetta, zet op 1/3 van dit huis en van DON/0890, DON/0893, DON/894, DON/0895, DON/0896 en DON/0899 (nu allemaal samengevoegd) en op 1/3 van OLV/1507-1 en OLV/0033 een rente van 8-0-0 pen 16 t.v.v. Jan Cachetta
3/04/1683: rente - Niclaeijs de Meulenaere en Jan Marcus Cachetta, voogden van Marcus Aurelius Cachetta, zoon van Viglius Cachetta, zetten - met toestemming van het Vrije - een rente van 12-19-3-2,5 pen 18 t.v.v. Margriete de Coninck. De rente wordt bezet op 1/3 van OLV/0033 en OLV/1507 en op 1/3 van dit huis en DON/0896
30/06/1683: inbeslagneming - J. de Roo, deurwaarder van de Raad van Vlaanderen, laat uit kracht van de uitspraak door de burgemeester en schepenen van het Land van het Vrije, ten voordele van Jan Baptiste Vilters en op zijn verzoek volgende huizen in beslag nemen : dit huis en erf (gebruikt door Jan Lambrecht), een partij renthuizen DON/0896 en DON/0881, OLV/1507-1 en OLV/0033, allemaal nagelaten bezittingen van Enghelbert Viglius Cachetta, beheerd door zijn weduwe. De inbeslagneming gebeurt omwille van de afrekening van de goederen
23/06/1684: arrest - H. Mortelle liet arrest doen op het huis dat bewoond wordt door N. Lambrechts, nl. op het deel in eigendom van Jan Baptiste Vilters via diens echtgenote, en op dezelfde delen in OLV/1507-1. Dit gebeurt wegens schulden van 16-0-0 en 8-0-0, en 2-0-0 voor een half jaar en een maand huishuur, wegens administratieve kosten en proceskosten
23/11/1685: verklaring n.a.v. erfenis - Pieter Wulfynck brengt de staat van goed van het sterfhuis van Inghelbert Viglius Cachetta over aan Anna Catharina, gravin van Ulfelt, om enkele voorwaarden uit het huwelijkscontract aan te duiden. Deze worden hier geregistreerd in de marges van fo. 887 en 1405 : volgens het contract van 11-07-1682 tussen Anna Catharine, gravin van Ulefelt en wijlen Inghelbert Vigleus Cachetta nav haar tweede huwelijk, kan de gravin geen bredere weduwe-aanspraken maken dan de helft van het inkomen van de onroerende goederen. Dit wordt hier geregistreerd ter ontlasting van de volgende inbeslagneming
24/11/1685: inbeslagneming - De Roo, deurwaarder van de Raad van Vlaanderen, laat dit huis, DON/0895 en DON/0896, OLV/1507-1 en OLV/0033, DON/1398, JAK/0809, JAK/0810 en JAK/0811 (de huizen, erven en alle wortel- en nagelvaste zaken van achteren tot voren en van onder tot boven, samen met de groene en droge "catheijlen") in beslag nemen ten laste van de voorkinderen van Inghelbert Viglius Cachetta. Dit gebeurt op verzoek (van 's konings wege) van Catharina Ulefelt, weduwe van Cachetta, in verband met haar weduwe-aanspraken
29/11/1686: arrest - De pater prior van de paters Augustijnen liet arrest doen op dit huis en toebehoren van wijlen Inghelbert Cachetta (Cassetta ?), op een ander huis in de Belsepitstraete, op tien stenen cameren op een rij en drie ertegenover, alle in eigendom van Theophilus Cachetta, omwille van een rente van 9-4-2-12 pen 16 voor een lening aan Theophilus door Jan Cachetta (obligatie dd 12-12-1681). De pater prior had daarvoor transport ontvangen
20/12/1686: inbeslagneming - De Roo, deurwaarder van de Raad van Vlaanderen, laat voor Anna Catharine Ulfelt, weduwe van Inghelbert Viglius Casetta, van koningswege dit huis en erf, DON/0895, DON/0896, DON/0881, OLV/1507-1 en OLV/0033 in beslag nemen ten laste van de voorkinderen van Casetta, om haar weduwschap en aanspraken veilig te stellen en ter ontlasting van de andere schulden van het sterfhuis
1/04/1688: arrest - Pieter de Moen, gemachtigd door Jan Marcus Cassetta, heer van Bissem etc. en N. de Meulenaere, gemachtigd door gravin van Ulvelt, lieten arrest doen op dit huis en toebehoren, nu in eigendom van Jan Baptiste Vilters. Zie OLV/0033
24/04/1688: verkoop bij decreet - 1/3 van drie stenen cameren en een hoveniershof dat erbij hoort (oostkant Belsebuijckstraete), van drie huisjes aan de westkant, van 2 huisjes en heester aan de oostkant, van een groot huis met alle toebehoren en een groot erf uitkomend aan de oostkant van de straat (bekend als DON/0887, DON/0895, DON/0896 en DON/0881), 1/3 van OLV/0033 en van OLV/1507-1, alles in eigendom van Jan Baptiste Vilters, gehuwd met Lucia Sabina, dochter van Inghelbert de Cassetta, in mindering van bepaalde sommen (obligaties), zijn gerechtelijk in beslag genomen en verkocht bij decreet op verzoek van Jan Marcus de Casetta, heer van Bissem etc., die ze zelf kocht. Opm. : op 21-08-1692 werd dit teniet gedaan omdat de schulden vereffend waren (zie marge fo. 2340)
25/09/1692: verkoop - Marcus Aurelius Casetta, Marie Cathalijne Wijnckelman, weduwe van Theophilus Cassetta, vermelde Marcus Aurelius Cassetta samen met Louijs Wijnckelman als voogden van de minderjarige kinderen van Theophilus (met toestemming van de stad), en samen met Heindrick Theodor Vilters als voogden van de minderjarige kinderen van Jan Marcel Vilters en Lucia Sabina Cassetta (met toestemming van Ieper) verkopen meerdere huizen aan Ignatius van Sutter. Het betreft negen stenen cameren (vroeger twee huizen en een heester DON/0899² en DON/0900 (oostkant straat) ; in het eerste heeft Anthone de Gooris gewoond, naast de stenen cameren van Anthone Rade), voorts vijf stenen cameren "de Vijf Bollen", voorts een stenen camer aan de noordkant van de Ovaertstraete en ten slotte twee stenen cameren aan de noordkant van het erf van de voornoemde stenen cameren naast het huis van de wezen waar Anthone de Gooris gewoond heeft (ene zijde) en het huis en erf van Andries Janssuene (andere zijde)
15/10/1704: verklaring i.v.m. rente - Margriete de Coninck verklaart dat de rente van 12-19-3-2 ten laste van Marcus Aurelius Casetta en ter haren voordele bezet op 03-04-1683 (Wulfynck) haar niet toekomt en dat ze er ook geen geld voor ontving. Haar zwager Jan Marcus Casetta kreeg het geld. Zij leende alleen haar naam. Deze verklaring, die mede ondertekend was door Alexandro de Coninck, wordt hier geregistreerd op verzoek van de weduwe van Theophilus Aug. Casetta
14/06/1727: uitkoop - De negen stenen cameren, tevoren vermeld dd. 25-09-1692 (vroeger twee huizen en heester DON/0899² en DON/0900, behoren na uitkoop toe aan Jan Baptiste van Severen en echtgenote Anna Marie van Setter. Zie NIK/0591
4/10/1734: verkoop - Catharine Wijnckelman, weduwe van Theophile Augustin Casetta, verkoopt de helft van het grote huis met erf en de helft van vier kleine huisjes en hoven (dit huis, DON/0888, DON/0889, DON/0890, DON/0891, DON/0892, DON/0893 en DON/0894) aan Francois de Meijer
4/10/1734: rente - Frans de Meijer en echtgenote zetten op de gekochte partij een rente van 15-0-0 pen 20 t.v.v. de verkoper
7/09/1759: verkoop - Catharine de Grouve, laatst weduwe van Frans de Meijer, verkoopt dit huis en erf en de kleine huisjes die vroeger van de grote partij gescheiden waren en door haar weer samengevoegd, met een groot stuk grond (dit huis, DON/0888, DON/0889, DON/0890, DON/0891, DON/0892, DON/0893, DON/0894, DON/0895, DON/0897, DON/0898 en DON/0899-1) aan Josephus Joannes Bauwens, haar zoon
7/09/1759: verhuur - Joannes Bauwens verhuurt de partij huizen en bijgaand erf aan zijn moeder Catherine de Grouve, laatst weduwe van Frans de Meijer, voor haar leven lang aan 44-0-0
19/10/1759: arrest - Catharine de Grouve, weduwe van Frans de Meijer, liet arrest doen op deze huizen en erf, in eigendom van Joannes Josephus Bauwens, wegens een schuld van 807-10-0 (twee obligaties) voor de 463-7-5 die hij haar schuldig was als resterend koopbedrag van deze huizen
18/01/1762: verkoop - Joseph van Severen en echtgenote verkopen de 9 stenen cameren (DON/0899² en DON/0900) aan Rovertus van Heerswinghels
30/12/1783: verkoop - Joannes Josephus Bauwens en echtgenote verkopen het huis en erf, benevens de kleine huisjes vroeger van de grote partij gescheiden en nu weer samen (DON/0895, DON/0897, DON/0898 en DON/0899-1) aan Jacobus Verhelle
30/12/1783: rente - Jacobus Verhelle en echtgenote zetten op hun huis een rente van 60-0-0 (kapitaal van 1500-0-0) t.v.v. Joannes Bauwens
15/10/1787: inbeslagneming - Marie van Outrive, weduwe van Jan Bauwens, te Brugge, laat het krankzinnigentehuis bewoond en in eigendom van Jacobus Verhelle, in beslag nemen door de Raad van Vlaanderen, wegens schulden (64-15-4, 20-0-0 en 60-0-0 achterstallige renten)
9/04/1789: inbeslagneming - Pieter de Smidt, meester metser te Brugge, laat de Raad van Vlaanderen het krankzinnigentehuis van Jacobus Verhelle, DON/0758 en OLV/0207 van Frans Verhelle in beslag nemen wegens een schuld van 50-0-0
9/03/1790: inbeslagneming - Marie Caroline Vandewalle te Brugge meldt de Raad van Vlaanderen dat Jacobus Verhelle, meester kleermaker, en echtgenote Marie Timmerman 25-0-0 leenden voor een rente aan pen. 25. Wegens de lening en de achterstallige intrest ten bedrage van 3-0-0 laat de Raad van Vlaanderen het krankzinnigentehuis en toebehoren, bewoond en beheerd door Jacobus Verhelle, in beslag nemen
1/05/1790: verdeling - Bij verkaveling zijn de 9 stenen cameren toegekomen aan Joannes Herwingels en echtgenote. Zie JAK/0120
24/06/1790: rente - Joannes Herswingels en echtgenote zetten op de 9 huisjes een rente van 12-0-0 pen 25 t.v.v. Isabela Huls, weduwe van Jan van Herwingels. Zie DON/0822