Back to top

Noordzandstraat 8

referentie JAK/1657-3
Part
Zestienstraat Noordsantstraete
Oud huisnummer D2/32
Adres Noordzandstraat 8
Adrescode 800002430008
Geschiedenis 1/01/1653: Dit huis werd in 1653 nieuw gebouwd door Rogier de Gheldere
27/05/1653: arrest - Er werd arrest gedaan op het huis van Rogier de Gheldere. Zie JAK/1657-2
25/09/1654: arrest - Er werd arrest gedaan op dit huis. Zie JAK/1657-2
9/11/1658: inbeslagneming - Dit huis, JAK/1657-2, JAK/1657-4, JAK/1657-5, JAK/1657-6 en JAK/1657-7, JAK/1654-3, JAK/1653-2, JAK/1653-3, JAK/1674-2 en JAK/1674-3 (marge vermeldt dat ook JAK/1727 hierin betrokken is) werden in beslag genomen door H. de Henrion, deurwaarder van de Private en Grote Raad. Dit gebeurt uit kracht van een sententie en executoriaal gegeven door de Raad van Vlaanderen en de Grote Raad t.v.v. Niclaeijs Micault d'Indevelde, proost van de Sint-Servaeskerk te Maastricht, en ten laste van Rogier de Gheldere. Een schuld van 23.744 guldens wordt verhaald op deze huizen, maar omdat ze de schuld niet dekken worden ook volgende huizen hierin betrokken : JAK/1654, JAK/1643, JAK/1654-2, JAK/1772 en CAR/0024
27/10/1662: transport - Het huis werd getransporteerd aan meester Louijs de Gheldere. Voorwaarden : zie JAK/1657-2
25/08/1667: rente - Martinus de Gheldere, voor zichzelf en zijn echtgenote Janne Maria Huughens (procuratie voor notaris de Haen te Brussel) bezet op dit huis een rente van 4-14-0 t.v.v. Janneken Oste, weduwe van Olivier Danincx. T.v.v. Pieter, Jan en Jacob, de drie minderjarige kinderen van Olivier bij Janneken bezet hij een rente van 4-6-0, zodat beide samen komen op 9-0-0 pen 18. Dit bedrag is ter acceptatie van Janneken en van Olivier, zoon van Olivier Danincx, voogd van de drie kinderen
21/01/1670: arrest - Pieter de Clercq deed arrest op het huis van Martinus de Gheldere wegens een schuld van 11-10-0 (wisselbrieven dd. 03-09-1669), van 17-5-4 (wisselbrief dd 09-09-1669) en van 35-2-0 die de Gheldere voor de Clercq had ontvangen van de heer Janssens Stumpers te Beull (?) (obligatie)
19/08/1670: rente - Anthone Aerts, gemachtigd door Martinus de Gheldere en echtgenote (procuratie voor notaris Gerardus Beckers te Brussel) bezet een rente van 13-0-0 pen 18 t.v.v. Barbara Breijghel
14/04/1672: rente - Anthone Aerts, gemachtigd door Martinus de Gheldere en echtgenote, bezet op dit huis en de helft van JAK/1657-7 een rente van 4-0-0 pen 16 t.v.v. Pieter de Clercq
11/10/1672: arrest - Margriete Perclaes, weduwe van Henrij Lion, liet arrest doen op dit huis en JAK/1657-7 in eigendom van Martinus de Gheldere, wegens een schuld van 1200 guldens kapitaal en intresten sedert 14-05-1671 (obligatie) en wegens een schuld van 470 guldens voor levering van kant en 2 guldens 16 stuivers kosten
4/01/1673: arrest - Marie Anna Coggos, weduwe van don Anthonio Moreno, liet arrest doen op dit huis ten laste van Martinus de Gheldere wegens een schuld van 2750 guldens en intresten. Zie JAK/1657-7
24/07/1673: verkoop - Martinus de Gheldere, weduwnaar, voor zichzelf en door de stad Brussel gemachtigd voor zijn minderjarige kinderen, verkoopt het huis aan Jan Penninck
10/01/1680: arrest - Marie van Isendooren liet arrest doen op 1/4 van dit huis in eigendom van Jaspar Blanckaert wegens een schuld van 56-0-0 pen 16 van Jaecques Govaert. Blanckaert wordt aangesproken als borg
4/01/1681: verkoop - Jan Maes en echtgenote verkopen 9/20 van dit huis aan Pieter de Ghelder
23/09/1682: verkoop - Jan Colijns, voogd, en Thadeus Hano, voogd voor deze akte van de drie kinderen van Jan Maes, verkopen 1/20 van dit huis aan Pieter de Gheldere
9/05/1687: arrest - Het deel van Pieter de Ghelder in dit huis werd gearresteerd door Renier de Grave, klerk van de bekommerden. Zie JAK/1674-3
12/05/1687: arrest - Het deel van Pieter de Ghelder, zoon van Pieter, in dit huis werd op verzoek van de weduwe van Aernout vander Linde, gearresteerd. Zie JAK/1674-3
27/05/1690: arrest - Jaecques Gailliaert de jonge liet arrest doen op het deel van dit huis in eigendom van Jaspar Blanckaert, wegens een schuld van 12-0-0 (akte 24-05-1690)
13/06/1690: verkoop - Jaspar Blanckaert, weduwnaar en bezitter van het sterfhuis van Catharine Penninck, Christoffels de Pree en echtgenote, Cornelis Ghevaert en echtgenote, beide laatste ook voogden van de vier minderjarige wezen van Jaspar Blanckaert en Catherine Penninck, en als curatoren van Jaspar Blanckaert die in het buitenland verblijft, verkopen de helft van dit huis aan Jan Crabbe. De andere helft is in bezit van de vier kinderen van Pieter de Gheldere
25/10/1690: verkoop - Meester Pauwels de Gheldere en Pieter de Gheldere verkopen elk 1/8 in de helft van dit huis aan Jan Crabbe
18/11/1690: borgstelling wezenpenningen - Frans Forret en echtgenote, tevoren weduwe van Pieter de Gheldere, verbinden 1/4 van dit huis, enkele delen van JAK/1657-4 en 1/4 van JAK/1677 in de som van 193-12-2 voor wezenpenningen t.v.v. de drie minderjarige kinderen van Pieter de Gheldere bij de huidige echtgenote van Forret. Dit bedrag is ter acceptatie van meester Pauwels de Gheldere, voogd
18/01/1701: verkoop - Albertus Franciscus de Gheldere, zoon van Pieter, en echtgenote verkopen 1/16 van dit huis aan Jan Crabbe
19/08/1701: verkoop - Marcus Fransois Berckmans en echtgenote Angeline Therese, dochter van Pieter de Gheldere, verkopen 1/16 van dit huis aan Jan Crabbe
12/11/1704: verkoop - Albertus de Gheldere en echtgenote en Marcus Frans Berckmans en echtgenote verkopen 1/4 van dit huis aan Jan Crabbe. Hierbij verbreken ze de schuld van Frans Forret en echtgenote voor wezenpenningen ter hunner voordele
7/03/1714: verkoop - Jan Crabbe en echtgenote verkopen 2/16 van dit huis aan Jan Baeckelant
3/10/1714: verkoop - Frans Crabbe en echtgenote verkopen 2/16 van dit huis aan Jan Baeckelant
29/07/1718: verkoop - Frans Crabbe en echtgenote verkopen 1/3 van 5/8 van dit huis aan Jan Baeckelant
28/02/1722: rente - Jan Baeckelant en echtgenote Joanna Wouters bezetten op de delen die zij bezitten in dit huis een rente van 4-0-0 pen 25 t.v.v. Jan Baere (staande assignatie). De overige delen van dit huis zijn in bezit van de twee minderjarige kinderen die Jan Baeckelant had bij zijn eerste echtgenote Judoca Crabbe
15/07/1722: verkoop - Jan Crabbe en echtgenote Catharine Isenbaert verkopen 1/3 van 5/8 in dit huis aan Jan Baeckelant
20/06/1738: rente - Jan Baeckelant de oude en echtgenote bezetten een rente van 8-0-0 pen 25 t.v.v. Marie Therese Petijt
7/07/1740: inbeslagneming - Jaecques de Witte, heer van Cleijhem, verzoekt de Raad van Vlaanderen om inbeslagneming van goederen ten laste van Susanna Marie Woutters, weduwe van Jan Baeckelandt de oude. Ze is hem 48-5-0 schuldig over twee vervallen wisselbrieven. Simoen Lagace, deurwaarder van de Raad van Vlaanderen, laat dit huis in beslag nemen en de huizen NIK/0122 en JAK/0010 van Susanna Marie Woutters, weduwe van Jan Baeckelandt de oude
14/09/1740: inbeslagneming - De deken en eed van het ambacht van de Pelletiers te Brugge dienden bij de Raad van Vlaanderen klacht in omdat Jan Baeckelant lang deken was van dit ambacht en naast zijn gewoon inkomen ook de kapitalen van diverse renten t.v.v. het ambacht inde. Zo bekwam hij het geld van 's majesteits Grote Tol te Brugge. De ontvangsten van mei 1739 zijn niet bewezen. Om dit geld te kunnen recupereren van de weduwe laten ze door deurwaarder Simoen Lagace de goederen in beslag nemen. Het betreft dit huis en JAK/0010 (Steenstraat) in eigendom van de weduwe van Jan Baeckelant
3/10/1740: arrest - Het huis werd gearresteerd door Jan Baptiste Bilkin te Antwerpen wegens een schuld van 104 guldens 7 1/4 stuivers ten laste van de weduwe Baeckelant. Zie JAK/0010
24/10/1742: inbeslagneming - Anna Marie Petijt laat de goederen van Joanne Baeckelant, erfgenaam van Jan Baeckelant, zoon van Adriaen en echtgenote Susanne Marie Woutters, in beslag nemen wegens een schuld van 200-0-0 kapitaal en intresten aan pen 25 (schuld dd 20-06-1738). De Raad van Vlaanderen laat door deurwaarder Pieter de Vegiano, enkele delen in dit huis in bezit van Joanna Baeckelant in beslag nemen
14/01/1744: verkoop - Silvester de Smit en echtgenote Joanne Baeckelant verkopen 1/4 in 3/8 en nog 1/4 van 2 delen van 5/8 in dit huis aan Marie Therese Petijt
6/03/1744: verkoop bij decreet - Op verzoek van Marie Therese Petijt werd dit huis verkocht bij decreet aan arrestante voor de verlopen rente van 8-0-0 pen 25 (bezet op dit huis op 20-06-1738, achterstallig sedert 1742). Het kapitaal blijft bezet op dit huis
22/09/1749: verhuur - Marie Therese Petijt verhuurt het huis aan Joannes van Loo voor 3, 6, 9 of 12 jaar aan 14-0-0 per jaar
16/04/1752: verkoop - Jaeques Dominicus Huijssen en andere erfgenamen van Marie Therese Petyt, verkopen het huis aan Isabelle de Meester, weduwe van Phlips Bierewaert
5/02/1777: verband clericaal - Meester Frans van Bierewaert, priester en pastoor van O.-L.-Vrouw van de Potterie te Brugge, en Philippe van Bierewaert, verbinden dit huis, OLV/0680, JAK/1684, JAK/0843, JAK/0844 en JAK/0845 voor de titel klerikaal van Josephus Dominicus Franciscus Verstraete, theologant in het bisschoppelijk seminarie van Brugge. Dit is ter ontlasting van de vicarissen generaal van het bisdom
12/10/1780: arrest - Het huis van Philippe van Bierwaert is gearresteerd op verzoek van Lieven Anthierens te Varsenare wegens schulden en proceskosten. Zie NIK/0423
8/07/1788: verhuur - Meester Frans van Bierewaert verhuurt het huis voor 12 jaar (3 jaar pachtersoptie) aan Jacobus de Visschere voor 18-0-0 per jaar boven de huisgelden
30/10/1798: verkoop - (9 brumaire VII) Eleonord Coppieters, rentenier, voor zichzelf en gemachtigd door Marie Anna Bierwaert, weduwe van Theodorus van Leeuwen te Delft, door Anna Coppieters, bejaarde vrouw, en door Joseph Hergodts, erfgenamen van Philippe van Bierwaert langs vaderlijke kant, Julianus de Meester en echtgenote Anna Mulier en de erfgenamen langs moederlijke kant, verkopen het huis aan Marie Schramme (notaris Pieter Gailliaert)